Termen in notariële akten

Verklaring van veel gebruikte termen in notariële akten

A
  • Admitteren: toegang verlenen tot bijvoorbeeld de uitoefening van een ambt
  • Akte: ondertekende geschriften, bestemd om als bewijs te dienen
  • Attestatie: schriftelijke verklaring die als getuigenis moet dienen
B
  • Boedelscheiding: verdeling van de boedel onder erfgenamen
  • Bodemerij: geldlening op een schip of lading als onderpand
C
  • Codicil: akte waarin iemand vastlegt wat er na zijn dood moet gebeuren; in een codicil kan maar een beperkt aantal zaken geregeld worden, dit in tegenstelling tot een testament
  • Comparant: iemand die een voor een notaris of rechter verschijnt
  • Compareren: verschijnen voor notaris of rechter
  • Concept: een ontwerp van een geschrift, bijvoorbeeld een testament
D
  • Decreet: verordening
  • Delibereren: beraadslagen, overleggen
  • Disponeren: beschikken, regelen
  • Donaties inter vivos: giften onder de levenden
J
  • Jaar en dag: wettig termijn van bezit, verjaringstermijn
K
  • Kadaster: openbaar register van onroerende goederen
  • Kusting: rente op onroerend goed, hypotheek
M
  • Memorie van successie: de door erfgenamen gedane aangifte van de nalatenschap
  • Minuut: de laatste versie van een akte die in het bezit blijft van de notaris
N
  • Naasting: recht van de naaste bloedverwanten van de verkoper om in het recht van de koper te treden
  • Nakoop: recht van naasting
O
  • Opdracht: overdracht, transport van onroerende zaken
P
  • Persisteren: doorgaan met, volhouden, handhaven, volharden
  • Proces-verbaal: woordelijk verslag van een handeling
  • Procuratie: volmacht om namens een ander op te treden
  • Protocol: al de minuten samen die het archief van de notaris vormen
R
  • Rekest: een tot de overheid gericht verzoekschrift
  • Rekwestrant: iemand die een verzoekschrift heeft ingediend
  • Renonceren: afstand doen van
  • Repertorium: een door de notaris gemaakte chronologische rangschikking van alle ingeschreven en behandelde akten die door hem zijn opgemaakt; via het repertorium kan een notaris in het protocol zoeken
  • Requirant: eiser, lastgever
  • Requisitie: eis, vordering
S
  • Seclusie: uitsluiting
  • Solemneel: plechtig, zeer feestelijk
T
  • Testament: herroepbaar document waarin erfgenamen en nalatenschap worden vastgelegd
  • Transport: overdracht van eigendom van onroerend goed